De Baarnse zanger Remmert Velthuis kreeg als zoon van muzikale ouders, een pianist en een gambiste, de liefde voor de toonkunst met de paplepel in gegoten. Hij begon met blokfluit en Hongaarse cembalom, alvorens zijn schreden op het pad van de lichte muziek te zetten. Geïnspireerd door grootmeesters als Frank Zappa en Gentle Giant ontwikkelde hij zich tot drummer, bassist en gitarist, bedreven in pop, rock en prog. Hij studeerde vervolgens aan het Conservatorium van Amsterdam, waar hij inspirerend les kreeg van Ira Spaulding en Elise Galama. 

Daarna werkte Velthuis jarenlang als koordirigent en muziekdocent, maar ook was hij actief als blueszanger en -gitarist Robert Housefield. In 2017 maakte hij een ingrijpende keuze en werd bas-bariton. Hij volgde masterclasses bij Peter Kooij, Henk Neven, Nico van der Meel, Stephan MacLeod en Johannette Zomer, en nam les bij Ronald Klekamp. Als koorzanger verbonden aan Consensus Vocalis, P’Adam en de Nederlandse Reisopera, ontwikkelde hij zich spoedig tot een veelgevraagd solist bij oratoriumkoren. En hij zong hoofdrollen in verschillende opera’s zoals Turandot, Nabucco en l’Élisir d’amore. Bij de soloconcerten maakt hij een levendige combinatie van opera, romantische liederen en oratorium.

Op uitnodiging van Stormvogel strijkt Remmert Velthuis in zijn geboorteplaats neer in Het Witte Kerkje op 11 oktober, net als in 1997 in de rol van Bisschop Jan van Arkel, om hymnen te zingen uit de Eemsaga. Anno 2024 betreft het melodieën uit de tijd van de Bourgondische renaissance, voor eenmaal begeleid door synthesizers en gelardeerd met moderne dans.

Bezoek de website van Remmert Velthuis voor meer informatie.